5 De dikte van
de ozonlaag.
5.1 Algemeen
De hoeveelheid ozon in de stratosfeer komt overeen met een
laag, van ongeveer 3 mm dik, die rond de aarde draait. Deze dikte wordt meestal
weergegeven in de Dobson-eenheid.
De ozon bevindt zich niet als een echte laag in de
stratosfeer, maar is er gelijkmatig verspreid.
De ‘Dobson eenheid’ is vernoemd naar professor G.M.B.
Dobson, die vanaf de jaren 1920 onderzoek gedaan heeft naar de ozonlaag.
De eenheid geeft aan hoeveel ozon er in de lucht aanwezig is
boven een bepaald punt op aarde.
De dikte van dit laagje wordt uitgedrukt in 0.01 millimeter.
De gemiddelde dikte van de ozonlaag, weergegeven in de
Dobson eenheid is dus 300 DU.
Rond 1930 heeft Dobson de eerste ‘Dobson spectrofotometer’
gebouwd, waarmee betrouwbare metingen aan de ozonlaag mogelijk werden.
Als wit licht in een gas of een oplossing gebroken wordt,
kunnen door de ‘uittredende’ gekleurde lichtbundel stoffen geïdentificeerd
worden. Ook de concentratie van deze stoffen kunnen bepaald worden aan de hand
van de lichtbundel.