9. Verband met het broeikaseffect
Het
broeikaseffect is een fenomeen dat de laatste tijd steeds meer aandacht
krijgt. Dit is een goede zaak want het ziet er meer en meer naar uit
dat door het broeikaseffect de aarde niet alleen zal opwarmen, maar dat
er wel meer zaken mee gepaard zullen gaan. Veranderingen in het klimaat
op verschillende vlakken, het smelten van gletsjers en ijskappen, het
afkoelen van West-Europa door het uitvallen van de warme Golfstroom
zijn maar enkele van deze gevolgen (dan spreken we nog niet over de
gevolgen voor de economie van bepaalde streken die dergelijke situaties
met zich meebrengen). Milieuorganisaties proberen deze
klimaatsveranderingen tegen te gaan door het verminderen van de
uitstoot van broeikasgassen. Dit is ook wat het protocol van Kyoto
beoogt.
Men
is ook gaan vrezen dat het versterkt broeikaseffect een invloed zou
gaan hebben op het aantal en het gedrag van orkanen. Om dit te kunnen
onderzoeken is men gaan zoeken naar het gedrag van orkanen tot nu toe.
Dit om tot conclusies te kunnen komen waaruit veranderingen bij globale
opwarming van de aarde kunnen afgeleid worden.
Sinds
1944 kan men in het Caribisch gebied en in de Noord-Atlantische Oceaan
de orkanen met vliegtuigenverkenningen goed meten. Aan de hand van deze
gegevens berekenen wetenschappers de kans op orkanen in bepaalde
gebieden.
De
kans op orkanen hangt heel erg af van allerlei externe omstandigheden,
wat het precies bepalen van het aantal orkanen zeer moeilijk maakt. De
ideale omstandigheden voor het ontwikkelen van een groot aantal orkanen
zijn o.m. een hogere oppervlaktetemperatuur van het oceaanwater (meer
dan 26 graden), een zwakke, verticale windschering (= het verschil in
windsnelheden tussen lagere en hogere windlagen) en de regens in de
Afrikaanse Sahel. Zijn deze voorwaarden voldaan, dan wordt er een
actiever seizoen dan normaal verwacht. Dit was bijvoorbeeld ook het
geval in 1998 en toen werd het vermoeden van een actiever seizoen
bevestigd door 8 tropische cyclonen met bovendien de beruchte orkaan
Mitch die duizenden doden en een spoor van vernieling achterliet.
Helaas zijn bepaalde factoren, zoals de regenval in de Sahel moeilijk
voorspelbaar, en dus ook de actievere orkaanseizoenen.
Ook
andere factoren spelen een rol. Zo heb je bijvoorbeeld de El
Niño die veranderingen teweegbrengt in de schering tussen de
wind in de onder- en bovenlucht. Een El Niño kan aan de oost- of
aan de westkust van de Verenigde Staten net het tegengestelde effect
hebben voor het aantal orkanen. Bij een El Niño aan de oostkust
zullen er minder orkanen zijn (bij een El Niña zullen er dus
meer orkanen de kust bereiken). Een El Niño aan de westkust zal
echter voor meer orkanen zorgen. Ook de QBO, een bijna tweejaarlijkse
fluctuatie in de wind hoog in de atmosfeer, heeft invloed op een al dan
niet actiever orkaanseizoen.
Omdat
men al tamelijk lang onderzoek doet naar het gedrag van orkanen, kan er
iets gezegd worden over hun decadale gedrag, dit is hun gedrag doorheen
de afgelopen decennia. Door de gegevens in grafieken uit te zetten is
men tot de conclusie gekomen dat er in de tweede helft van de jaren
negentig meer orkanen waren dan in de jaren ’70 en ’80. Er
zijn heel wat mensen die hierin een bevestiging zien van hun vermoeden
dat dit een rechtstreeks gevolg
is van het versterkt broeikaseffect, maar het is niet zo eenduidig
gezien er in de jaren ’50 en ’60 ook heel actieve
orkaanseizoenen hebben plaatsgevonden. Het lijkt eerder zo dat de
lagere activiteit in de jaren ’70 en ’80 toegeschreven moet
worden aan de grote droogte in de Sahel in die tijd. Modelsimulaties
laten zowel een verminderde regenval in de Sahel, als een verminderde
orkanenactiviteit zien. Jammer genoeg is de wetenschap nog niet zover
dat ze de decadale temperatuursschommelingen kan voorspellen, wat dan
ook wil zeggen dat het moeilijk is hieruit een verhoogde of verlaagde
orkaanactiviteit te voorspellen.
Het
is zeer moeilijk gebleken om precies het verband tussen het
orkaangedrag en de opwarming van de aarde weer te geven net omdat de
opwarming van de aarde gepaard gaat met heel wat verschillende
veranderingen in het klimaat die elk apart ook nog eens invloed kunnen
hebben op het aantal en de sterkte van de orkanen. Het idee dat door de
opwarming van het oceaanwater het aantal orkanen zal toenemen is te
simplistisch gezien er nog heel wat andere factoren meespelen die het
aantal orkanen positief of negatief beïnvloeden.
Het
is ook heel erg moeilijk gebleken om een verband te leggen tussen de
toename van het CO2-percentage in de lucht en het aantal orkanen. Dit
verband wordt met computermodellen onderzocht, maar de helft van de
modellen geeft een stijging aan van het aantal orkanen en de andere
helft een daling (naar Geert Jan Van Oldenborgh van het KNMI). Dit
resultaat wordt verklaard door de voorspelling dat de invloed van de
warmere zeewatertemperatuur bijna precies wordt gecompenseerd door een
stabielere atmosfeer. Hierdoor wordt verwacht dat de grenswaarde van de
oceaantemperatuur voor het ontstaan van orkanen rond 28 graden Celsius
zou gaan liggen.
Er
werd wel aangenomen dat de maximale intensiteit van de stormen en de
orkanen zou toenemen als de aarde opwarmde. Maar men kon dit niet
bewijzen. Atmosfeerwetenschappers aan het Massachusetts Institute of
Technology in de Verenigde Staten hadden al berekend dat de tropische
wervelstormen de laatste 30 jaar steeds heftiger werden. Volgens deze
wetenschappers waait het tegenwoordig niet alleen harder tijdens
zo’n storm, maar duurt het ook veel langer voor de storm is
uitgewoed. De krachtigere wind en de langere levensduur van de orkanen
zijn dan ook rechtstreekse oorzaken van meer schade.
Onderzoeker
Kerry Emanuel kon echter niet bewijzen dat dit een gevolg was van de
opwarming van de aarde, maar hij suggereerde ook toen al dat de orkanen
nog heviger konden worden als de aarde verder opwarmde.
Dezelfde
Emanuel meldde vorig jaar in het wetenschappelijk tijdschrift Nature
dat een tropische wervelstorm vandaag de dag de helft langer duurt dan
in de jaren zeventig. Bovendien is zijn maximale windsnelheid vandaag
ook de helft hoger.
Emanuel
introduceerde ook een nieuwe maat voor de energie van een orkaan, de
power dissipation index. De energie van de orkaan, gedurende zijn hele
levensduur opgeteld, is evenredig met de derde macht van de
windsnelheid.
De
universiteit vanterug Colorado heeft berekend dat het komende
orkaanseizoen in de Verenigde Staten opnieuw een actief seizoen wordt.
Er
zullen volgens de berekeningen zeventien tropische stormen ontstaan,
waarvan negen orkanen. Vijf van de negen orkanen zullen bovendien
categorie drie bereiken. Dit is een hoog aantal, maar nog altijd minder
dan in 2005 dat het recordjaar was. De onderzoekers verwachten ook niet
dat de Verenigde Staten opnieuw zo hard zullen getroffen worden als de
afgelopen twee jaar het geval is geweest.
Volgens
andere berekeningen door de universiteit van Londen, zouden er minder
tropische stormen plaatsvinden, met name vijftien, waaronder acht
orkanen.