Site-overzicht

        Home
        Algemeen: het Kyoto-protocol
        Invloed van de bossen
        De bossen en het Kyoto-protocol in de actualiteit
        Besluit
        Bronvermelding

   

       


De bossen en het Kyoto-protocol in de actualiteit

We weten nu al heel wat meer over het Kyoto-protocol en de invloed van de bossen hierop, maar wat zijn de laatste ontwikkelingen betreffende dit onderwerp? We bekijken enkele opmerkelijke ontdekkingen, debatten… aan de hand van artikels uit de geschreven pers.

 1 Debat: Bomen en planten dragen bij aan de opwarming van de aarde 

Uit een artikel verschenen in De Morgen van 16 januari 2006, pagina 8, geschreven door Peter Dupont:

 Bomen en planten dragen bij aan opwarming aarde 

Planten en bomen produceren methaan, een broeikasgas dat bijdraagt aan de opwarming van de aarde. Met die ontdekking zetten Duitse wetenschappers het opwarmingsdebat op losse schroeven. Misschien dat het kappen op grote schaal van tropisch regenwoud de opwarming van de aarde net vertraagt.

[…]

Maken nieuwe bossen onze planeet warmer? Gaat ontbossing de opwarming van onze planeet tegen? Netelige vragen die het onderzoek van Frank Keppler en zijn collega's deze week in het vakblad Nature opwerpt. Niet alleen winderige koeien brengen methaan in de atmosfeer. De onderzoekers, van onder andere het Max Planck Instituut voor Kernfysica in Heidelberg, konden aantonen dat levende planten het gas produceren. Tot nu toe achtten biologen dat onmogelijk. Ze gingen ervan uit dat menselijke activiteiten en omzettingen door bacteriën het broeikasgas de lucht in sturen. "Niemand heeft er ooit aan gedacht dat planten methaan konden produceren", zegt milieu-ingenieur Frank Keppler. "Dit was een leemte in onze kennis."

Methaan is een broeikasgas dat twintig keer beter isoleert dan koolstofdioxide. De atmosferische concentratie van methaan is sinds de industriële revolutie praktisch verdrievoudigd. Daarom hebben klimatologen het de afgelopen twintig jaar uitgebreid bestudeerd. Ze dachten een behoorlijk goed beeld te hebben van de wereldwijde methaankringlopen. Methaan, zo wil de vakliteratuur, ontstaat vooral in natte gebieden, moerassen, rijstvelden, dierendarmen en uit hopen afval. Plaatsen waar bacteriën onder zuurstofloze omstandigheden gedijen. Het komt ook vrij bij de verbranding van biomassa en de winning van fossiele brandstoffen. Aardgas bestaat bijvoorbeeld voor het overgrote deel uit methaan. Methaan verdwijnt na een vijftal jaar uit de atmosfeer, een klein deel wordt opgenomen in de bodem. Die theorie leek te kloppen. De wetenschappelijke cijfers klopten op enkele onverklaarbare waarnemingen na. Zo stijgt het methaangehalte in de atmosfeer de laatste tijd minder snel en boven tropische bossen bevat de lucht 4 procent meer methaan dan gedacht. 

De Duitse wetenschappers lijken het antwoord op die vragen te hebben gevonden. De langzamere stijging van het atmosferische methaangehalte van de laatste decennia houdt gelijke tred met het verdwijnen van tropische bossen. De afgelopen jaren verdween 12 procent van het tropische regenwoud. De wetenschappers onderzochten losse blaadjes in een methaanvrije ruimte. Er bleek methaan te ontstaan: hoe hoger de temperatuur, hoe meer. Bij iedere extra 10 graden verdubbelde de uitstoot van methaan. Levende planten bleken nog een stuk productiever. Alle bestudeerde soorten maakten tussen de tien en honderd keer zoveel methaan als losse bladeren. Contact met zonlicht verhoogde de methaanproductie drie tot vijf keer. "We schatten dat planten jaarlijks verantwoordelijk zijn voor 150 miljoen ton methaan, dat is 10 tot 30 procent van de wereldwijde productie. Ons begrip van de methaankringloop moet drastisch herzien worden", zegt Keppler.

De ontdekking is behoorlijk spectaculair, bevestigt David Lowe van het Nieuw-Zeelandse National Institute of Water and Atmospheric Research in Nature. Het is zelfs mogelijk dat het kappen van bossen op grote schaal de aarde behoed heeft voor een nog snellere opwarming dan we nu meemaken. Een opwarmende aarde leidt tot meer methaanuitstoot en dus nog meer opwarming.

Misschien is het aanplanten van nieuw bos, zoals gevraagd door het Kyotoprotocol, niet zo een goed idee. Verschillende onderzoekers waarschuwen echter voor te vroege conclusies. Keppler: "Voor het hele proces doorgrond is, mogen we ons niet bezondigen aan speculaties. Dit is een erg complexe kwestie. We hebben ons beperkt tot laboratoriumonderzoek, veel meer veldonderzoek is nodig." Een onopgeloste vraag is of de aanplantingen die de tropische wouden vervangen niet meer methaan produceren. Keppler relativeert dat: "Het hoofdprobleem bij de globale opwarming blijft de toenemende uitstoot van koolstofdioxide. En daar is vooral de mens voor verantwoordelijk. Deze ontdekking zal wel grote gevolgen hebben voor de berekening van klimaatsvoorspellingen."

© 2006 Uitgeverij De Morgen n.v.


Kort gezegd: volgens de ontdekking van Frank Keppler en zijn team hebben bossen twee aandelen in het broeikasdebat: enerzijds halen ze koolstofdioxide uit de lucht, anderzijds zijn ze verantwoordelijk voor een grote uitstoot van methaangas.

 [TOP]

*             *            *

                

Op 26 januari 2006 verscheen echter, gelijktijdig met het voorgaande artikel, een artikel in het NRC Handelsblad dat de voorgaande bewering, namelijk dat bossen bijdragen tot de opwarming van de aarde, ontkracht:

 Bomen planten blijft zinvol in bestrijding van broeikaseffect

Volgens een publicatie in het wetenschappelijke tijdschrift Nature nemen bomen niet alleen CO2 op, maar produceren ze ook het broeikasgas methaan (CH4). Dat is een sterker broeikasgas dan CO2. Toch is dat geen reden om af te zien van bosaanplant.

Michiel van Weele, onderzoeker atmosferische samenstelling bij het KNMI (Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut):

"Het aanplanten van bossen is minder effectief dan we dachten, maar we moeten de methaanproductie niet groter maken dat zij is. Het totale aandeel van methaan in het broeikaseffect is slechts twintig procent, drie keer minder dan het aandeel van CO2. Bovendien gaat het bij de emissie van methaan door bossen om slechts eenderde van de totale emissie van methaan."

Het Milieu- en Natuurplanbureau (MNP) is na het lezen van de publicatie in Nature onmiddellijk aan het rekenen geslagen. Onderzoekers komen tot de conclusie dat het planten van bossen weliswaar niet averechts werkt, maar wel dat het effect van aanplanten met ongeveer tien procent wordt gedempt. Bosgebieden die volgens de oude berekeningen nog zorgden voor tien miljoen ton minder broeikasgassen, zullen voortaan in de boeken staan als voor negen miljoen ton minder.

© NRC Handelsblad

 
Volgens dit artikel dus geen reden om de ontbossing aan te moedigen…

 [TOP]

 2 Ontdekking: Bomen planten is niet per se goed om de klimaat- opwarming tegen te gaan 

 

Op 16 december 2005 verscheen in het blad Trouw volgend artikel:

 
Bomen planten niet per se goed

Bossen aanplanten om klimaatverandering tegen te gaan, werkt lang niet zo goed als tot nu toe werd aangenomen. Bomen absorberen ook zonlicht en dus warmte. Dit concludeert biofysicus Michiel Schaeffer uit zijn onderzoek waarop hij vandaag aan de Universiteit Utrecht promoveert.

Bomen nemen CO2 op uit de atmosfeer. Met de aanplant van bossen kunnen landen daarom hun emissie van CO2, het belangrijkste broeikasgas, deels compenseren. Dit staat in het Kyoto-protocol. Naast ecologische doelstellingen is dit een van de redenen waarom in Europa jaarlijks ongeveer een half miljoen hectare braakliggend landbouwgebied wordt ’omgezet’ in bos.

Maar volgens Schaeffer is de warmteabsorberende werking van bomen tot nu toe ver onderschat. In gebieden waar vaak sneeuw ligt, is deze het grootst. Schaeffer:

"Een vlak stuk besneeuwd landbouwgebied weerkaatst tussen de 50 en 90 procent van het zonlicht. Als er reliëf is door bomen, ligt dit percentage een stuk lager, zo rond de 20 procent. Een groot deel van de zonne-energie wordt dan dus door de bomen opgenomen en vervolgens aan de omgeving afgestaan. Ook in vlakke gebieden waar ’s winters niet altijd sneeuw ligt, zoals Nederland, is het verschil opmerkelijk groot."

Het omslagpunt ligt volgens Schaeffer ongeveer ter hoogte van het mediterrane gebied, Zuid-China en het zuiden van de Verenigde Staten. Zuidelijk daarvan kan het wel degelijk gunstig zijn om bomen te planten, maar ook dat is niet zeker. Schaeffer:

"In warmere gebieden zijn andere, nog niet helemaal opgehelderde factoren van grote invloed op de temperatuur. Zoals een andere waterkringloop."

De ontdekking is opmerkelijk, omdat er aan het Kyoto-protocol jaren van onderhandelingen vooraf zijn gegaan. Enkele landen, zoals Canada en Rusland, drongen sterk aan op de mogelijkheid om door het planten van bomen te voldoen aan de emissiebeperkingen. Ook de VS, die het protocol niet hebben ondertekend, waren hier voorstander van.

© Trouw

 

Net zoals bij de ontdekking uit punt 1, hebben we ook hier weer te maken met een dilemma. Enerzijds nemen de bossen koolstofdioxide op uit de lucht, wat de opwarming van de aarde tegengaat. Anderzijds wordt in beboste gebieden veel minder zonne-energie terug de atmosfeer in gereflecteerd, omdat bomen zonlicht opnemen om aan fotosynthese te kunnen doen. De opgenomen zonne-energie wordt vervolgens deels afgegeven aan de omgeving, wat de opwarming natuurlijk alleen maar bevordert. Wederom een complexe situatie dus…

[TOP]

© Nele Roels & Sarah D'Hertefelt                                        5 mei 2006